Mijn jongetje en ik

Hij werd 4½ week te vroeg geboren en hij woog maar 1800 gram, nog geen twee pakken suiker. Ik zag hem de eerste maand alleen maar slapend in een glazen bakje in het ziekenhuis op de warmtekamer. Ik had me steeds afgevraagd of ik van dit jongetje net zoveel zou kunnen houden als van onze andere twee kleinkinderen, de kinderen van onze oudste dochter. Zij waren toen 3 en 5 en we pasten al 5 jaar elke week op hen. We zaten zo aan deze kinderen ‘vast’. Met hen hadden we de unieke band die grootouders hebben met hun kleinkinderen. Mijn liefste, de opa van deze kinderen sprak met mij wel eens over de extra unieke band die hij voelde met onze oudste kleinzoon, het ventje dat ons tot grootouders heeft gemaakt. Tot op heden tel ik voor deze jongen alleen volledig mee wanneer zijn opa er niet is. Dat geeft niets, hij heeft met zijn opa een andere band dan met mij. Specialer, het is maar net hoe we het benoemen, maar anders dan met mij, ik zie dat, ik voel dat en het is okay.

Dat het jongetje nog een broertje zou krijgen was niet voorzien. Een tweede zou er niet komen. Nu is die tweede ons vierde kleinkindje en is de stand geworden 3-1. We hebben drie jongetjes en één meisje. Ze zijn ons allen even lief. Ze hebben ieder hun speciale plekje in ons midden. Er is maar één de oudste jongen, één de middelste en één de jongste en er is maar één meisje.

Het te vroeg geboren jongetje, dat maar 1800 gram woog bij geboorte was toen ook maar 44 cm en dat is klein voor een baby’tje. Echt klein. Hij is de enige van onze kleinkinderen op wie ik alleen heb gepast en hij is ook mijn zorgenkindje. Toen ik de cursus kindercoach deed kwam ik er pas achter dat hij jaren heeft geleden aan slaappaniekaanvallen, de officiële naam daarvoor is pavor nocturnus. Heel naar voor zijn ouders. Zelf merkte hij daar niets van, wat precies overeenkomstig de beschrijving van deze kwaal is.

Mijn jongetje is nog steeds klein en heel fijn voor een jongetje van zijn leeftijd. Ik herkende hem al snel als heel gevoelig en heel pittig, de moeilijkste combinatie die een kind kan zijn/ hebben volgens het boek dat wij hebben van babyfluisteraar Tracy Hogg. Iets wat niet mag of niet lukt is voor hem moeilijk te accepteren. De frustratie die dat oproept blijft het moeilijkst voor hemzelf.

Ik was een keer bij hun op mijn oppasdag toen hun mamma op een klein klusje na niet hoefde te werken. ‘Weet je mam,’ zei ze, ‘misschien hoefde je wel helemaal niet te komen, maar hij verlangt altijd zo naar jou,’ En voor mij voelt dat net zo.

Mijn jongetje en ik delen dat verlangen. En al hoef ik niet te komen oppassen, ik kom toch. En de vraag of ik van hem, en zijn broertje, net zoveel zou kunnen houden als van onze oudste kleinkinderen? Die is al lang beantwoord.