Maak oogcontact

‘Ik ben er nog…en ik had ook dood kunnen zijn.’

Het was rustig vanmorgen op de weg. Al fietsend kwam ik weinig verkeer tegen. Ik reed op een fietspad waarop alle wegen die erop uitkomen, eindigen met ‘haaientanden’.

Ik zag de vrachtwagen uit de zijstraat naderen. De chauffeur reed niet hard op de haaientanden af…maar wel door, zonder op of om te kijken, toen ik op mijn voorrangsweg, net voor hem langs zou rijden. Ik dacht: ‘Nou, JA,’ en even later: ‘Ik had ook dood kunnen zijn.’

Het lijkt dramatisch, en overdreven, om dat te denken maar ik denk dat dat echt had gekund. Er gebeuren regelmatig ongelukken waarbij een fietser onder de enorme wielen van een vrachtwagen de dood vindt.

We waarschuwen onze kinderen voor vrachtwagens en hun ‘dode hoek’. Ik ken een plek waar een jonge vrouw door zo’n ‘dode hoek’ de dood vond onder de wielen van een vrachtwagen. Op die plek staat daar nu een waarschuwingsbord voor…te laat dus. Nog elke keer dat ik langs die plek kom, liggen er verse bloemen om ons eraan te herinneren dat daar een mooi mens veel en veel te vroeg het leven heeft moeten (ver)laten.

Ik heb de neiging om op de stoep te gaan staan wanneer mij van achteren een vrachtwagen nadert. Soms doe ik het…en soms ook niet. En ik ben ook een keer achter een vrachtwagen langs gefietst die achteruit een steegje in zou rijden. Toen realiseerde ik me direct daarna dat ik ook in die hoek geplet had kunnen worden wanneer de chauffeur iets eerder die grote wagen in zijn achteruit had gezet.

Nu is dus gebleken dat we ook voorzichtig moeten zijn wanneer ons een vrachtwagen nadert waarvan wij de chauffeur kunnen zien  en waarvan de chauffeur ons zou kunnen zien en op tijd stoppen…maar dan moet hij wel kijken.

Nu pas weet ik dat ik onbewust altijd het oogcontact afwacht dat duidelijk maakt dat een chauffeur mij heeft gezien, en dat ik dan dus veilig mijn weg kan vervolgen. Dat deed mij vanmorgen mijn vaart minderen in plaats van door te rijden op de voorrangsweg, waar ik gewoon voorrang had.